Rente
Renteontwikkeling
Renteontwikkelingen op de kapitaalmarkt zijn belangrijk vanwege de risico’s die ze voor ons in kunnen hebben. Wij volgen de renteontwikkeling daarom ook nauwlettend. Al een aantal jaren is er sprake van lage rentestanden. In 2020 is de rente verder gezakt en is wederom een historisch laag punt bereikt. De verwachting is dat dit de komende 12 maanden ook zo zal blijven.
De rente op de geld- en kapitaalmarkt wordt voornamelijk bepaald door het beleid van de Europese Centrale Bank(ECB). De verwachting is dat het beleid van de ECB ruim zal blijven. De officiële tarieven blijven naar verwachting in de komende 12 maanden onveranderd. Naast het beleid van de ECB zijn ook het beleid van de centrale bank van de Verenigde Staten van Amerika (FED) en andere macro-economische effecten van belang voor de renteontwikkeling. Zoals bijvoorbeeld de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. De FED heeft op 16 maart 2020 de rente historisch verlaagd met 1% naar 0 tot 0,25%. De verwachting is dat het niet bij deze renteverlaging zal blijven maar er nog meerdere zullen volgen.
De gemiddelde kapitaalmarktrente over 2019 voor rentevaste leningen met een looptijd van 15 jaar was ongeveer 0,62%. De gemiddelde rente over 2020 tot en met 16 augustus 2020 is ongeveer 0,37%. Begin september 2020 was het tarief 0,21%. Hieronder zijn de rentepercentages weergegeven waar in deze begroting mee is gerekend voor de nieuw aan te trekken leningen. Om het renterisico zoveel mogelijk te beperken is er voor gekozen om toch van een iets stijgende kapitaalmarktrente uit te gaan en wordt voor kortlopende financiering korter dan 1 jaar(rente geldmarkt) ook met deze percentages gerekend.
| 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
---|---|---|---|---|
Rente Kapitaalmarkt gemiddeld | 0,50% | 0,60% | 0,70% | 0,80% |
Op de geldmarkt is op dit moment nog steeds sprake van een omgekeerde rentestructuur. Daar ontvangen we rente als we geld lenen. Komende tijd wordt hierin ook nog weinig verandering verwacht. Wij maken optimaal gebruik van deze situatie door bij liquiditeitstekorten een kasgeldlening af te sluiten en zo min mogelijk gebruik te maken van de kredietfaciliteit op de rekening-courant. Op dit moment is de rente voor een kasgeldlening – 0,35%.
Financiering
De financiering van de gemeentelijke investeringen vindt plaats met interne lange financieringsmiddelen, de reserves en voorzieningen, en met extern aangetrokken geldleningen. Als uitgangspunt geldt dat de financieringswijze geen rol mag spelen bij de kostprijsberekening van gemeentelijke taken. Daarom berekent de gemeente ook rente over de reserves en voorzieningen. Dit gebeurt op basis van het gemiddelde gewogen rentepercentage van de leningenportefeuille.
Aan de grondexploitaties mag alleen nog werkelijk betaalde rente toegerekend worden.
Verstrekte leningen
De gemeente heeft een aantal leningen verstrekt in het kader van het publiek belang. Het grootste deel van het saldo van deze leningen zijn leningen die verstrekt zijn in het kader van de Woningbouw. De gemeente Velsen heeft ook één achtergestelde lening. Voor deze lening is een volledige voorziening getroffen.
Toerekening rente
Het Besluit begroting en verantwoording (BBV) schrijft voor dat rente via de taakvelden wordt toegerekend aan de programma’s. Door gebruik te maken van een renteomslag wordt de manier van verantwoorden van de rente in de begroting geharmoniseerd.
Op advies van de commissie BBV wordt voor het berekenen van de renteomslag onderstaand model gebruikt. Hiermee geven we inzicht in de rentelasten voor externe financiering, het renteresultaat en de wijze van rentetoerekening.
(bedragen x € 1.000) | |||||
Rente resultaat taakveld Treasury | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
---|---|---|---|---|---|
Rentelasten voor korte en lange financiering | 3.175 | 2.683 | 2.400 | 2.239 | 2.080 |
-/- Rentebaten voor korte en lange financiering | 170 | 112 | 79 | 45 | 8 |
Totaal door te belasten externe rente | 3.005 | 2.571 | 2.321 | 2.194 | 2.071 |
-/- Door berekende rente grondexploitaties | 229 | 178 | 161 | 143 | 0 |
Saldo door te rekenen externe rente | 2.776 | 2.392 | 2.160 | 2.052 | 2.071 |
Rente over eigen vermogen | 977 | 570 | 423 | 334 | 253 |
Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde) | 174 | 140 | 142 | 145 | 0 |
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | 3.927 | 3.101 | 2.726 | 2.531 | 2.324 |
-/- De werkelijk aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toegerekende rente (renteomslag) | 4.428 | 3.814 | 3.460 | 3.569 | 3.375 |
Rente resultaat taakveld treasury | 501 | 712 | 734 | 1.038 | 1.051 |
In de Begroting 2021 wordt, zoals vastgesteld in de kadernota 2020, voor de toerekening van de rente aan de taakvelden een renteomslag verlaagd naar 1,75 %.
Het BBV schrijft voor dat de gehanteerde omslagrente niet meer dan 0,5% (positief of negatief) mag afwijken van de berekende omslagrente. Conform onderstaande berekening komen we voor 2021 uit op een berekend renteomslag percentage van 1,38%.
Het verschil tussen het reële renteomslag percentage en de voorgenomen renteomslag uit de Kadernota (1,75 %) is 0,37%. Deze afwijking past binnen de door de BBV gestelde bandbreedtegrens van plus of min 0,5%.
| 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
---|---|---|---|---|
Berekende rente omslagpercentage | 1,38% | 1,17% | 1,07% | 0,99% |
Rente omslagpercentage begroting | 1,75% | 1,75% | 1,75% | 1,75% |
Verschil | 0,37% | 0,58% | 0,68% | 0,76% |
Marge | 0,50% | 0,50% | 0,50% | 0,50% |
Ruimte binnen de marge | 0,13% | -0,08% | -0,18% | -0,26% |
Het positieve renteresultaat in de treasury ontstaat deels door het verschil in de percentages (0,37%) en deels door de bespaarde rente over het eigen vermogen(geld dat niet geleend hoeft te worden).
Uit bovenstaande tabel blijkt dat in 2022 de omslagrente verder moet worden verlaagd.